Misschien heb je een eigen “pluk” tuin, heb je deze niet dan zijn er ook veel plekken waar je zelf je fruit kan plukken. Je krijgt een doosje / tas en vult deze met zoveel mogelijk fruit als je wilt. Daarna reken je het gewicht af dat je geplukt hebt en kun je vrij van genieten. Vaak zijn er in deze pluktuinen meer activiteiten te doen dan plukken, zodat het leuk is voor jong en oud. Oftewel ook ideaal voor een dakje uit.
Bloemen plukken
- De beste tijd om bloemen te plukken is ’s morgens vroeg of ’s avonds als de zon onder is. Dan kunnen de bloemen zicht volzuigen met water. Let bij de keuze van de bloemen op de kleur en ook op de afwisseling van de bloemvorm. Maak een evenwichtige combinatie.
Probeer de verschillende bloemen zo evenwichtig mogelijk over het boeket te verdelen
- Bij grote afstanden is het slim een emmer met water mee te nemen.
- Bij het op de vaas zetten snijdt u een stukje van steel.
- Deze oude bacteriën kunnen invloed hebben op de houdbaarheid van het geplukte boeket.
- Gebruik geen koud water en zorg dat er voldoende water in de vaas zit
- Het geplukte boeket niet vol in de zon zetten of op de tocht. Dit vermindert de houdbaarheid.
Fruit plukken
- Pluk het steeltje mee. Vooral bij pruimen heb je de neiging om gewoon te trekken, maar zo neem je het steeltje niet mee. Omdat fruit zonder steel sneller bederft, doe je er dus beter aan om voorzichtig het steeltje mee te plukken. Bij appelen en peren is het steeltje ook een handige indicator. Als het vrij makkelijk loslaat, is het fruit plukrijp.
- Niet schudden. In de boekjes is fruit plukken simpel: je schudt eens goed met de boom en al wat rijp is, valt. Fout: als je met de boom schudt om hoog hangend fruit te bemachtigen, levert dat vooral gekneusde exemplaren op. Maak liever gebruik van een fruitplukker met zakje en eventueel ook mesje én een telescopische steel.
- Pluk op tijd/ Wil je het geplukte fruit meteen opeten of bewaren voor later? Weet dan dat plukrijp niet altijd hetzelfde is als eetrijp. Vooral als je het langer wil bewaren, pluk je fruit liefst net voor er eetrijp worden en laat het narijpen.
- Opletten voor vocht. Pluk best als het fruit droog is, anders wordt het risico op rot en schimmel veel groter. 'Harige' vruchten als perziken zijn extra gevoelig voor vocht, omdat ze minder snel opdrogen.
- Kies keurig. Kies enkel ongeschonden fruit om langer te bewaren en haal er wekelijks de aangetaste exemplaren er tussen uit. Gekneusd fruit maak je best meteen schoon om er jam, moes of een andere bereiding van te maken die je dan in diepvries of ingemaakt kan bewaren.
- Pluk methodisch. Simpel ezelsbruggetje: van onder naar boven en van binnen naar buiten plukken geeft het beste resultaat. Waarom? Omdat je de best bereikbare vruchten zo plukt voor ze kunnen vallen bij pogingen om moeilijker hangende boomgenoten te plukken.
- Goed bewaren. Bewaar fruit niet te vochtig, maar ook niet te droog, best in een donkere, koele ruimte met voldoende ventilatie. Zorg dat de vruchten elkaar niet aanraken, zodat schimmel, rot of beestjes moeilijker overlopen.